rws2.gif (1576 bytes)                        nitglogo.gif (13345 bytes)                    tlogo4.gif (2502 bytes)

Bij het testen van een instationaire VAREL is gebruik gemaakt van het programma MLAEMW versie 38. Voor het testen is uitgegaan van een zogenaamd Hooghoudt modelconcept. Het modelconcept bestaat uit een enkel watervoerend pakket waarin 2 volkomen evenwijdige waterlopen zijn gekozen welke op een onderlinge afstand van 200 m liggen. De waterlopen hebben een peil van 0 m en hebben geen intreeweerstand. Op de strook land tussen beide waterlopen treedt een grondwateraanvulling op van 1 mm/dag . De doorlatendheid van het watervoerend pakket bedraagt 20 m/dag.

De gemiddelde dikte van het watervoerend pakket bedraagt 10 m. Als bergingscoëfficiënt is een waarde van 0,25 gekozen.

hoogh2.gif (784896 bytes)

Dit beschreven modelconcept kan voor de stationaire situatie worden beschreven met de formule van Hooghoudt, te weten:

met:

h = watervoerende hoogte in punt x [m]
s = opbolling [m]
h0 = watervoerende hoogte van waterloop (=10 [m])
N = grondwateraanvulling (=0,001 [m/dag])
L = afstand waterlopen (=200 [m])
k = doorlaatfactor (=20 [m/dag])
D = gemiddelde dikte watervoerend pakket (=10 [m])

Met N=0.001, L=200, k=20 en D=10 geeft dit een opbolling van 0,025 m precies tussen beide sloten.

De berekende opbolling is dusdanig klein dat de aanname van een gemiddelde watervoerende dikte van 10 m gerechtvaardigd is.

Met het programma MLAEMW is het Hooghoudt modelconcept gebouwd door middel van een rechthoekig VAREL element met coördinaten: –100,-1000,100,-1000,100,1000,-100,1000 met een vaste grondwateraanvulling van 0,001 m/dag. Langs beide lange zijden van het VAREL element zijn line-sinks gedefinieerd met een vast peil van 0. Voor een periode van 45 dagen met tijdstappen van 1 dag is vervolgens de opbolling berekend. In figuur 2 is de berekende opbolling weergegeven. Uit deze figuur blijkt dat de stationaire situatie in ca. 30 dagen wordt bereikt. Ter controle is een analytische berekening uitgevoerd volgens de formule van Krayenhoff van de Leur-Maasland welke luidt(Cultuur Technisch Vademecum, 1988, blz. 523):

wpe3.gif (1721 bytes)

met:

s = opbolling [m]
µ = bergingscoëfficiënt [-]
N = grondwateraanvulling [m/dag]
a = reactiefactor (1/a wordt wel reservoirconstante genoemd) [dag-1]
t = tijd [dagen]
k = doorlaatfactor [m/dag]
D = gemiddelde pakketdikte [m]
L = afstand waterlopen [m]

wpe4.gif (9099 bytes)

En voor de situatie met een wisselende grondwateraanvulling:

wpe8.gif (9948 bytes)

Evenzo voor een constante grondwateraanvulling (0,020 m/d) en een deklaag met een genkikt drainageverloop (2 vaste peilen 0.0 en 0,35 en 2 weerstanden 1000 en 50 dagen):l

wpeA.gif (9347 bytes)